Financiën

Uitgangspunten begroting

Lonen en sociale lasten

De salariskosten ramen we op basis van de huidige CAO met daarbij een inschatting van een CAO-stijging in 2025-2028 conform het bruto binnenlands product prijs zoals opgenomen in de Meicirculaire 2024 (2025: 2,3% - 2026: 2,6% - 2027: 2,6% - 2028: 2,5%).

Prijsindexering exploitatie

2,3% (prijs bruto binnenlands product Meicirculaire 2024, jaarschijf 2025)

Prijsindexering investeringen

Alleen op de investeringsbudgetten van onderwijshuisvesting wordt een indexering toegepast. Deze is op basis ven de BDB-index (bouwkostendata 2021 6,1%, 2022 6,9% en 2023 2,6%).

Algemene uitkeringen

In de Kadernota: Septembercirculaire 2023 / Decembercirculaire 2023.
In de Begroting: Meicirculaire 2024.

Onroerende zaakbelasting

4,8% indexering (gecombineerde bruto binnenlands product (bbp)
index: historisch gemiddeld bbp 2025 meicirculaire 2024 plus prijspeil bbp 2025 augustus 2024) + 1,5% extra.

Overige lokale heffingen

Indexering van de tarieven met 2,3%, uitgaande van kostendekkende tarieven.

Omslagrente

1,50%

Kapitaalmarktrente (lang)

2,75%

Geldmarktrente (kort)

3,00%

Het aantal inwoners en woningen zijn onderdeel van de berekeningen van onder andere de algemene uitkering, de opbrengst onroerendezaakbelastingen, de opbrengsten bouwleges en de bijdragen aan samenwerkingsverbanden.

Aantal inwoners

47.525 (MJB 2025-2028, jaarschijf 2025)

Aantal woningen

20.396 (MJB 2025-2028, jaarschijf 2025)

Deze pagina is gebouwd op 10/02/2024 18:27:03 met de export van 10/02/2024 18:24:10